Magnit | November 17 2021
De vakbonden en uitzendwerkgevers hebben op 17 november een akkoord bereikt over een nieuwe CAO voor uitzendkrachten. De looptijd van de bestaande CAO was al op 30 september 2021 verstreken. Als de achterbannen met de nieuwe afspraken instemmen, gaat de nieuwe CAO in per 17 november 2021 tot 2 januari 2023. In dit akkoord staan ook alvast enkele afspraken voor de in 2023 nog af te sluiten CAO.
Partijen hebben het volgende afgesproken:
1. Fase A wordt vanaf 3 januari 2022 ingekort naar 52 gewerkte weken.
Noot: het gaat hier om de uitzendfase waarin de opdrachtgever de mogelijkheid heeft om een inzet desgewenst te beëindigen. Deze verkorte termijn zal gelden voor uitzendkrachten die op of na 3 januari 2022 starten. Voor uitzendkrachten die eerder zijn gestart geldt nog de bestaande termijn van 78 weken tot 2 januari 2023 (dus vanaf 2 januari 2023 voor alle uitzendkrachten). In de CAO vanaf 2023 zal daarbij doorbetaalde vakantie meetellen als gewerkte weken.
2. Fase B wordt vanaf 3 januari 2022 verkort naar 3 jaar.
Noot: in deze fase heeft de werknemer een tijdelijke arbeidsovereenkomst die niet tussentijds door de werkgever kan worden opgezegd. Deze fase kan op dit moment nog vier jaar duren. Het maximum aantal tijdelijke contracten in deze periode blijft 6. Deze nieuwe verkorte 3-jaarstermijn zal gelden voor uitzendkrachten die op of na 3 januari 2022 starten in fase B. Voor uitzendkrachten die voor 3 januari 2022 zijn gestart in fase B geldt nog de oude termijn van maximaal vier jaar tot 2 januari 2023. Als de overeenkomst is aangegaan voor 17 november 2021 mag deze nog wel worden uitgediend in fase B, mits de oude maximale termijn van 4 jaar niet wordt overschreden.
3. De minimale inlenersbeloning wordt vanaf 3 januari 2022 uitgebreid.
Een uitzendkracht moet in relatie tot eigen personeel van de inlener een bepaalde minimumbeloning ontvangen (de inlenersbeloning). In de afspraken wordt benoemd dat daar ook de volgende beloningselementen toe worden gerekend:
In de nieuwe CAO vanaf 2 januari 2023 wordt de inlenersbeloning ook uitgebreid met de vaste eindejaarsuitkering.
4. De (Stipp-)pensioenregeling wordt per 1 januari 2022 aangepast.
5. De uitzendkracht krijgt een recht op hulpmiddelen gelijk aan het recht van eigen werknemers.
Indien voor het verrichten van de werkzaamheden (bijvoorbeeld voor veilig en gezond werken), door de opdrachtgever hulpmiddelen vereist zijn, dan worden deze hulpmiddelen door of namens de opdrachtgever ook aan de uitzendkracht verstrekt.
6. Vanaf 17 november 2021 is er een nieuwe regeling voor onwerkbaar weer.
Het loon wordt vanaf 17 november 2021 veelal doorbetaald bij onwerkbaar weer en een doorbetalingsverplichting (contract voor bepaalde of onbepaalde duur).
7. De werkgever voldoet werknemerspremie voor de private aanvulling van de WW-premie.
In de CAO wordt opgenomen dat dat de werkgever de werknemerspremie zal voldoen tot het einde van de eerstvolgende CAO-PAWW (1 oktober 2027) of zoveel eerder als het SER-advies met betrekking tot gelijkwaardige beloning is geïmplementeerd in wetgeving of de nieuwe CAO.
8. Arbeidsmigranten krijgen met ingang van 1 januari 2022 meer rechten.
Voor arbeidsmigranten die voor het eerst voor werk bij een uitzendwerkgever naar Nederland komen en buiten Nederland zijn geworven is afgesproken dat:
Partijen zien deze CAO als een overbrugging naar een CAO waarin tenminste het volledige advies van de Sociaal Economische Raad (SER) wordt overgenomen. Dit adviesorgaan voor de overheid heeft een aantal maatregelen voorgesteld die niet in dit akkoord zijn opgenomen. Uit (gelekte) informatie in de media blijkt overigens ook dat het goed denkbaar is dat de aanstaande regering nog aanvullende maatregelen uit het SER zal omzetten in wetgeving. Volledigheidshalve merken wij op dat de SER in dit kader het volgende heeft voorgesteld: